Tegen zoon van 13: “Hee vent, ik wil nog even terugkomen op gister. Ik zei tegen jou dat ik niet wil dat je me aankijkt alsof ik een boze heks ben. Jij gaf aan dat jíj dit niet denkt maar dat dit mijn eigen idee is. En je had gelijk. Ik vond mezelf op dat moment inderdaad onaardig. En omdat ik dat zèlf vond, dacht ik dat jij het ook vond.”
Een klein lachje op z’n gezicht, ogen kijken mij lief aan: “Ja mam, dat zei ik toch. Maar het geeft niet, hoor.”
Later vertel ik dit verhaal aan een meisje van 11. En moet lachen als ik vertel hoe mij liefjes de les gelezen werd.
“Dat is wel goed dat jij daar gewoon om kan lachen.” Ik zie een mengeling van een vraag en een lach op haar gezicht.
Met een knipoog maar tegelijkertijd ook serieus flap ik eruit: “Weet je, de dag dat je stopt met lachen om jezelf, is de dag dat je volgens mij beter vast in je kist kunt gaan liggen om te wachten op die eerste schep aarde.”
Een vertwijfelde blik. Ik meende het maar het was waarschijnlijk net iets teveel van het goede.
Als zij even later over leuke en niet-leuke leerkrachten vertelt en ik zeg dat ik overwogen heb juf voor pubers te worden, zegt ze: “Ik denk dat jij wel zo’n leuke juf zou zijn. Alleen dan wel ook een die moet lachen om zichzelf terwijl de kinderen het niet snappen.”
Right. Touché. 😄
Sjonge vanuit de wieg meegekregen ? Moet je niet eerst weten wat “zelf” is voor jet het kunt relativeren ? Ik denk dat je het wat later meekreeg, misschien rond de leeftijd van 11 ? 🙂
LikeLike
Grappig, zo vol compassie voor kinderen en dan opeens de 11 jarige als volwassene toespreken. Het is ook zoooooo moeilijk…..
LikeLike